Soms lijkt een dag zo hard op de vorige dat je eigenlijk het verschil al niet meer weet nog voor de dag om is. En soms vallen dan heel weinig dingen je op, maar af en toe vallen net kleine, domme, routineuze dingen je enorm op. Neem nu vanmorgen... Ik fietste zoals altijd 's morgens richting Centraal Station. Ik vertrek steeds ongeveer rond hetzelfde uur en dus gebeurt het al wel eens dat je dezelfde mensen, dingen of auto's tegenkomt.
Gisteren reed ik het Astridplein op en er stond daar een camionette uit te laden op de straat, die weliswaar breed is, maar waar ook af en toe een tram passeert of een verdwaalde automobilist. De man was net klaar en hij deed de achterdeuren van de bestelwagen dicht. Ik zag dat hij richting deur vooraan wandelde, zonder om te kijken en ik maakte me toen de bedenking: 'Oppassen Sofie voor de tramsporen en die man!'. Net op tijd keek hij toch om en kruiste onze blikken elkaar ongeveer een halve seconde, waardoor hij even zijn pas inhield. En vandaag gebeurde identiek hetzelfde... Heel vreemd. Is dat dan wat ze een 'déja vu' of een 'déja vecu' noemen?
Misschien klinkt het als iets banaals, maar het voelde alleszins heel gek vanmorgen. Alsof ik in de één of andere film zat en ze gewoon op replay geduwd hadden... Speciaal. En nadien bekeek ik ook iedereen alsof zij mee in "het complot" zaten. Een beetje een 'Truman Show'-gevoel. Straf toch... Ik doe al die moeite om flarden van mijn leven hier neer te pennen, maar eigenlijk zien jullie alles dus gewoon op tv? Als ik morgen die bestelwagen opnieuw zie staan, keer ik gewoon mijn fiets om! Je weet nooit...
dinsdag 30 augustus 2011
maandag 29 augustus 2011
Als chacha in het districtshuis...
Wie me kent, weet dat ik niet vies ben van een verkleedpartijtje. En gelukkig heb ik heel wat vrienden die het eveneens fijn vinden om af en toe een rolletje te spelen. En dat mag al eens iets geks zijn. Graag zelfs! Afgelopen weekend trouwden vrienden en ook zij duiken doorgaans met veel plezier in de verkleedkoffer. Er werd bijgevolg besloten om eens 'all the way' te gaan. Kosten noch moeite werden gespaard en tijdens de week werd er geknutseld, aan aanhangwagens gesleuteld, dansjes geoefend en verkleedkleren gezocht.
Al dansend op de volgende klinkende zinnen: "...als ze me missen, dan ben ik vissen, als ze me zoeken, dan ben ik snoeken...", liepen we door de straten van Borgerhout. Overal hingen mensen uit het raam te kijken en af en toe kwamen zelfs volstrekt onbekenden een foto van ons trekken. Je kan wel zeggen dat we niet onopgemerkt voorbij gekomen zijn.
Ook in het districtshuis was het even verschieten voor de ambtenaren van dienst. Zij hadden al snel door dat 'sstt' zeggen weinig zin had en ook melden dat er slechts 44 stoelen in de zaal stonden, bleek overbodig. Een tapijt is net zo zacht en als chacha kan je niet eens gaan zitten, dus geen enkel punt! De schepen liet ons nog even weten dat trouwen een serieuze zaak is, al denk ik dat hij de humor van onze actie stiekem wel kon pruimen. Hij liet daar uiterlijk echter weinig van blijken, maar zo hoort dat ook bij ambtenaren.
Nadien nog even klinken met een glaasje cava op de nuchtere maag met als gevolg elastieken benen en een licht hoofd. En al te veel tijd om daarvan te bekomen was er niet, want even later moesten we richting Essen in een feestelijke tenue. Ik had nog niet beslist wat ik zou aantrekken en dat proces duurt vaak ook nog wel even...
Een picknick, frituur en enkele hapjes (heerlijke moelleux) later stonden we alles te geven op de dansvloer. De blijvende 'pieieiep' in onze oren namen we er met plezier bij. Op elk feestje komt er een moment dat bij iedereen ook alle schroom op de dansvloer wegvalt. Het leuke aan dit feestje was dat die moment ongeveer 's morgens om half negen ingezet was. De dansvloer was dus 'alle remmen los'!
Ik heb genoten en vele met mij. Als ik ooit trouw, dan staat het bij deze zwart op wit: verkleden, gek doen, lachen, geen schroom en veel kleur!
Zaterdagmorgen stond iedereen bijgevolg met kleine oogjes, maar verkleed op de plaats van afspraak. Mensen waren verkleed als chacha, als het roze leger van RISK, als gewonde skiër, als Lierse-supporter, als cheerleader of ceremoniemeester en ga zo maar door.
En we werden geflankeerd door een heuse DJ-wagen, een 'An-aanhangwagen' en een wagen die het bruidspaar vervoerde richting districtshuis.
Ook in het districtshuis was het even verschieten voor de ambtenaren van dienst. Zij hadden al snel door dat 'sstt' zeggen weinig zin had en ook melden dat er slechts 44 stoelen in de zaal stonden, bleek overbodig. Een tapijt is net zo zacht en als chacha kan je niet eens gaan zitten, dus geen enkel punt! De schepen liet ons nog even weten dat trouwen een serieuze zaak is, al denk ik dat hij de humor van onze actie stiekem wel kon pruimen. Hij liet daar uiterlijk echter weinig van blijken, maar zo hoort dat ook bij ambtenaren.
Zoek de 'niet verklede' persoon... |
Een picknick, frituur en enkele hapjes (heerlijke moelleux) later stonden we alles te geven op de dansvloer. De blijvende 'pieieiep' in onze oren namen we er met plezier bij. Op elk feestje komt er een moment dat bij iedereen ook alle schroom op de dansvloer wegvalt. Het leuke aan dit feestje was dat die moment ongeveer 's morgens om half negen ingezet was. De dansvloer was dus 'alle remmen los'!
Ik heb genoten en vele met mij. Als ik ooit trouw, dan staat het bij deze zwart op wit: verkleden, gek doen, lachen, geen schroom en veel kleur!
vrijdag 26 augustus 2011
Ben jij het meisje dat naar Antwerpen gaat?
Volgens mij hebben sommige steden of dorpen een speciale of typische eigenschap. En dan bedoel ik niet de Antwerpse handjes of Luikse wafels en zelfs niet de neiging om een dikke nek te hebben van de Antwerpenaren of om traag te zijn als je uit Limburg (want geef toe eigenlijk is Limburg een groot dorp) komt. Nee, ik heb het dan eerder over gekke, kleine kantjes. Zowel positief als negatief. Want ik lach dan misschien met Limburg, maar het moet gezegd, in Genk hebben ze absoluut een goed kantje! In Diest neigt dat dan weer eerder naar de negatieve kant...
We zullen met het goede starten! Dinsdag moest ik voor een overleg in Genk zijn. Het laatste station. Ik werd meteen hartelijk welkom geheten, want toen ik van de trein stapte begon het verschrikkelijk te gieten. Ik had die morgen in Leuven al een ware zonsverduistering en storm meegemaakt, dus ik was op mijn hoede. Maar tijdens mijn zoektocht naar een mogelijke bus om de regen niet te hoeven trotseren, brak plotseling de zon door de wolken. Na een aangenaam overleg wandelde ik in stralend weer terug richting station en kocht ik een ticket voor de rit huiswaarts.
Ik deed dat blijkbaar niet volledig geconcentreerd, want op de trein ontdekte ik dat mijn gsm ontbrak. Na tien keer alles checken, vloog ik weer de trein af (gelukkig stonden we nog te wachten in Genk station) op zoek naar mijn verloren gsm. En op weg naar het loket botste ik bijna tegen een eveneens gehaaste man. Ik was ronduit verbaasd toen hij me vroeg of ik het meisje was dat naar Antwerpen ging en nog verbaasder toen ik mijn gsm in zijn hand zag. Ik knikte dus meteen enthousiast en beaamde ook zijn volgende vraag 'of ik een gsm kwijt was'. En om te controleren of ik toch wel echt zo eerlijk was als ik leek, vroeg hij me wat er op mijn schermpje stond. Om zijn vraag kracht bij te zetten stak hij ook meteen zijn arm achter zijn rug. Ik was zo verbouwereerd en terwijl gestresseerd (want ik moest nog steeds een trein halen) dat ik niet kon bedenken wat er op mijn schermpje stond. Paniek! Tot hij plots de vraag verduidelijkte en vroeg welke afbeelding erop stond. 'Kersen!' riep ik meteen, waarop hij even snel zijn hand achter zijn rug vandaan toverde, mij blij en met een brede smile de gsm overhandigde en terug richting loket liep.
Ik riep nog enkele bedankjes en haastte me opnieuw naar de trein. Toen ik net zat, kwam er een oude man de trein opgestapt en hij vroeg: 'Ben jij het meisje dat naar Antwerpen gaat?'. Nog verbaasder dan de eerste keer dat ik die vraag gesteld kreeg, knikte ik, waarop hij meteen een beetje paniekerig zei: 'Je bent je gsm vergeten, wij stonden achter jou en ik heb hem aan het loket afgegeven!'. Ik stak mijn gsm in de lucht en vertelde het vriendelijke, oude mannetje dat ik hem al terug gekregen had. Hij was op slag gersurtgesteld en zelfs blij, stapte terug van de trein en riep naar zijn vrouw: 'Rosa, de juffrouw heeft hem al terug!'. Hij moest dat weliswaar enkele keren herhalen want Rosa hoort klaarblijkelijk niet zo goed...
In Diest had ik iets minder geluk. Gisteren moest ik daar zijn en al wandelend naar mijn bestemming ontdekte ik plots dat mijn rode truitje vermist was. Het truitje dat ik de week voordien succesvol 'gewassen' heb met boter (volgens de wijze raad van tante Kaat) en dreft (de afwas-versie) om een vuile 'kettingsmeervlek' eraf te krijgen. Op de trein had ik het nog en ik was er zeker van dat ik het ook nog had toen ik van de trein stapte.
Ik ben dus meteen dezelfde weg terug gewandeld richting station en heb mijn collega's gevraagd om me te excuseren als ik wat later zou zijn. Tevergeefs echter want in die hooguit tien minuten is iemand er met mijn dierbare truitje vandoor gegaan! En dat was niet de eerste keer. In de winter heb ik ooit hetzelfde voor gehad met een muts. Zouden ze in Diest een kledingtekort hebben? Of zijn het gewoon 'kledingpikkers'? Of hebben ze een bende die kleren rat van modebewuste mensen uit de grootsteden zodat ze toch iets of wat mee zijn? Ik betrapte mezelf op de terugweg op het verdenken van elke 'Diestenaar' van het stelen van mijn truitje. En als ik dus iets roods uit hun tas zag steken, had ik het er bijna uitgetrokken.
In ieder geval, je kunt dus beter iets kwijt spelen in Genk, want daar komen zelfs verschillende mensen je spontaan vertellen waar je verloren kleinood is! Mij zien ze alvast even niet meer in Diest...
We zullen met het goede starten! Dinsdag moest ik voor een overleg in Genk zijn. Het laatste station. Ik werd meteen hartelijk welkom geheten, want toen ik van de trein stapte begon het verschrikkelijk te gieten. Ik had die morgen in Leuven al een ware zonsverduistering en storm meegemaakt, dus ik was op mijn hoede. Maar tijdens mijn zoektocht naar een mogelijke bus om de regen niet te hoeven trotseren, brak plotseling de zon door de wolken. Na een aangenaam overleg wandelde ik in stralend weer terug richting station en kocht ik een ticket voor de rit huiswaarts.
Ik deed dat blijkbaar niet volledig geconcentreerd, want op de trein ontdekte ik dat mijn gsm ontbrak. Na tien keer alles checken, vloog ik weer de trein af (gelukkig stonden we nog te wachten in Genk station) op zoek naar mijn verloren gsm. En op weg naar het loket botste ik bijna tegen een eveneens gehaaste man. Ik was ronduit verbaasd toen hij me vroeg of ik het meisje was dat naar Antwerpen ging en nog verbaasder toen ik mijn gsm in zijn hand zag. Ik knikte dus meteen enthousiast en beaamde ook zijn volgende vraag 'of ik een gsm kwijt was'. En om te controleren of ik toch wel echt zo eerlijk was als ik leek, vroeg hij me wat er op mijn schermpje stond. Om zijn vraag kracht bij te zetten stak hij ook meteen zijn arm achter zijn rug. Ik was zo verbouwereerd en terwijl gestresseerd (want ik moest nog steeds een trein halen) dat ik niet kon bedenken wat er op mijn schermpje stond. Paniek! Tot hij plots de vraag verduidelijkte en vroeg welke afbeelding erop stond. 'Kersen!' riep ik meteen, waarop hij even snel zijn hand achter zijn rug vandaan toverde, mij blij en met een brede smile de gsm overhandigde en terug richting loket liep.
Ik riep nog enkele bedankjes en haastte me opnieuw naar de trein. Toen ik net zat, kwam er een oude man de trein opgestapt en hij vroeg: 'Ben jij het meisje dat naar Antwerpen gaat?'. Nog verbaasder dan de eerste keer dat ik die vraag gesteld kreeg, knikte ik, waarop hij meteen een beetje paniekerig zei: 'Je bent je gsm vergeten, wij stonden achter jou en ik heb hem aan het loket afgegeven!'. Ik stak mijn gsm in de lucht en vertelde het vriendelijke, oude mannetje dat ik hem al terug gekregen had. Hij was op slag gersurtgesteld en zelfs blij, stapte terug van de trein en riep naar zijn vrouw: 'Rosa, de juffrouw heeft hem al terug!'. Hij moest dat weliswaar enkele keren herhalen want Rosa hoort klaarblijkelijk niet zo goed...
In Diest had ik iets minder geluk. Gisteren moest ik daar zijn en al wandelend naar mijn bestemming ontdekte ik plots dat mijn rode truitje vermist was. Het truitje dat ik de week voordien succesvol 'gewassen' heb met boter (volgens de wijze raad van tante Kaat) en dreft (de afwas-versie) om een vuile 'kettingsmeervlek' eraf te krijgen. Op de trein had ik het nog en ik was er zeker van dat ik het ook nog had toen ik van de trein stapte.
Ik ben dus meteen dezelfde weg terug gewandeld richting station en heb mijn collega's gevraagd om me te excuseren als ik wat later zou zijn. Tevergeefs echter want in die hooguit tien minuten is iemand er met mijn dierbare truitje vandoor gegaan! En dat was niet de eerste keer. In de winter heb ik ooit hetzelfde voor gehad met een muts. Zouden ze in Diest een kledingtekort hebben? Of zijn het gewoon 'kledingpikkers'? Of hebben ze een bende die kleren rat van modebewuste mensen uit de grootsteden zodat ze toch iets of wat mee zijn? Ik betrapte mezelf op de terugweg op het verdenken van elke 'Diestenaar' van het stelen van mijn truitje. En als ik dus iets roods uit hun tas zag steken, had ik het er bijna uitgetrokken.
In ieder geval, je kunt dus beter iets kwijt spelen in Genk, want daar komen zelfs verschillende mensen je spontaan vertellen waar je verloren kleinood is! Mij zien ze alvast even niet meer in Diest...
zondag 21 augustus 2011
Zondag geJOStdag...
Geduld is een mooie deugd, die ik jammer genoeg niet altijd onder de knie heb. En ik doe de dingen bijgevolg niet altijd zoals het zou moeten. Want de 'zou-moeten-manier' gaat vaak zo traag...
Een voorbeeld hiervan is het ontdooien van de ijskast. Dat moest ik al maanden doen, maar er zat telkens nog eten in... Redelijk logisch en waarschijnlijk zou dat nog wel even zo blijven. En dus besloot ik er vandaag maar meteen voor te gaan. Ontdooien die handel! Ik laadde de hele ijskast uit, legde een dweil voor de deur en ging verder opruimen. Mijn bureau was namelijk nog steeds een slagveld.
Toen ik een uur later beneden kwam, was er al wel wat water in het bakje, maar het ging me te traag. Ik had op kot ooit al verschillende manier bedacht en uitgeprobeerd om het proces wat te versnellen. Met succes. En dus besloot ik de natuur wat te helpen met een schroevendraaier en een hamertje. En dat werkte prima. Ik deed het ook echt niet te hard en het bewijs daarvan zijn de talloze flessen die bovenop de ijskast staan. Wanneer je er teveel kracht op zou zetten, was de kans niet gering dat één van die flessen de grond op zou gaan. En dat gebeurde niet, dus ik deed het met aangepaste kracht. Ik vrees echter dat ik plots wat enthousiast werd omdat er bijna een heel groot stuk afkwam dat ik iets meer kracht zette. Het gevolg was het geluid van een ballon die afgaat... En dan weet je dat dat geen goed teken is. Ik zag echter niets en er was geen kabel of draad ofzo, dus toen het geluid na een tijdje stopte dacht ik dat ik misschien geluk had. Niets was echter minder waar... Want met de stekker opnieuw in het stopcontact hoorde ik opnieuw dat ellendige geluid. En ondertussen had ik de volledige ijskast afgewassen en weer ingeladen. Zucht!
Zou het daarom zijn dat je niet verondersteld wordt om op een zondag te werken? Ik had het alvast beter niet gedaan. Het had me een ijskast bespaard! Vanaf nu: zondag = rustdag!
Een voorbeeld hiervan is het ontdooien van de ijskast. Dat moest ik al maanden doen, maar er zat telkens nog eten in... Redelijk logisch en waarschijnlijk zou dat nog wel even zo blijven. En dus besloot ik er vandaag maar meteen voor te gaan. Ontdooien die handel! Ik laadde de hele ijskast uit, legde een dweil voor de deur en ging verder opruimen. Mijn bureau was namelijk nog steeds een slagveld.
Toen ik een uur later beneden kwam, was er al wel wat water in het bakje, maar het ging me te traag. Ik had op kot ooit al verschillende manier bedacht en uitgeprobeerd om het proces wat te versnellen. Met succes. En dus besloot ik de natuur wat te helpen met een schroevendraaier en een hamertje. En dat werkte prima. Ik deed het ook echt niet te hard en het bewijs daarvan zijn de talloze flessen die bovenop de ijskast staan. Wanneer je er teveel kracht op zou zetten, was de kans niet gering dat één van die flessen de grond op zou gaan. En dat gebeurde niet, dus ik deed het met aangepaste kracht. Ik vrees echter dat ik plots wat enthousiast werd omdat er bijna een heel groot stuk afkwam dat ik iets meer kracht zette. Het gevolg was het geluid van een ballon die afgaat... En dan weet je dat dat geen goed teken is. Ik zag echter niets en er was geen kabel of draad ofzo, dus toen het geluid na een tijdje stopte dacht ik dat ik misschien geluk had. Niets was echter minder waar... Want met de stekker opnieuw in het stopcontact hoorde ik opnieuw dat ellendige geluid. En ondertussen had ik de volledige ijskast afgewassen en weer ingeladen. Zucht!
![]() |
Zo mooi afgewassen én ingeladen... |
![]() |
Als je goed kijkt, zie je 'de fit'... |
Wie iets kent van ijskasten repareren... of tips heeft voor een nieuwe...
Zou het daarom zijn dat je niet verondersteld wordt om op een zondag te werken? Ik had het alvast beter niet gedaan. Het had me een ijskast bespaard! Vanaf nu: zondag = rustdag!
zaterdag 20 augustus 2011
De enige manier om te komen waar je wilt zijn is te zijn waar je bent...
Ik ben de laatste dagen in een opruimwoede terecht gekomen. 'Goed zo!', hoor ik u denken. Maar er zijn enkele kanttekeningen... Ik ben namelijk niet zo goed in dingen afwerken en pas dan aan iets nieuws beginnen. En die opruimwoede breidt zich bijgevolg zeer snel uit, maar raakt nergens af met als resultaat: complete chaos!
Mijn opruimwoede startte door de buurvrouw. Die kwam namelijk bellen en vragen of ik geen rommel meer had. Ze organiseren hier in de straat een rommelmarkt voor een meisje die een hersentumor heeft. De opbrengst gaat naar haar operatie. Rommel heb ik. Altijd. En dus ging ik alvast halen wat zo klaarstond (overschot van de laatste rommelmarkt) en vloog ik mijn kleerkast in. Het regende ook toen en tja, dan kan je sowieso beter iets binnen doen...
Maar dan gaat de zon schijnen en wil je buiten je kastje afschuren of de tuinmuur schilderen, of er een tekstje opzetten. Ik heb bijgevolg alles gedaan, maar niks is echt helemaal afgewerkt. Want de tuinmuur moet nog overal een tweede laag krijgen, mijn bureau lijkt wel ontploft en er ligt nog steeds een stapel kleren waarvan ik niet kan beslissen of ze blijven of weg moeten. Ik kan u al wel laten zien hoe de tuin er nu uitziet:
Of mijn kastje, afgeschuurd in de tuin:
De muur buiten op het terras:
Mijn bureau:
En ik weet niet of deze laatste foto er voor u opgeruimd uit ziet. Mocht u oordelen dat het redelijk ordelijk is, kijk dan maar eens naar de hoop papieren op zowel m'n zetel als op m'n bureau... Hetzelfde scenario in de slaapkamer. Ik heb wel twee dozen rommel en een grote zak kleren aan de buurvrouw gedoneerd en die was daar heel blij mee.
Vanmorgen ben ik dan maar met een 'afwerklijstje' begonnen. Dingen die ik moet doen en dingen die ik mag doen als de 'moet-doen-dingen' gedaan zijn. Tot hiertoe hou ik me daar braaf aan, maar ik weet niet of het me zal lukken om met dit schitterend weer binnen op te ruimen... Geef toe dat is een goede reden niet waar? Het erge is echter dat ik steeds goede redenen vind en dat het me tot hiertoe niet zo lukt om tegen m'n eigen natuur in te gaan. Dat ga ik dus ook niet meer proberen. Rommel is prima en impulsiviteit zorgt wel eens voor creativiteit of aangename verrassingen. En waarom zou ik mezelf dan nu verplichten om binnen te gaan opruimen? Wie weet wat ik in de tuin of ergens anders buiten tegenkom... ;-)
Note to myself: De enige manier om te komen waar je wilt zijn, is te zijn waar je bent.
Mijn opruimwoede startte door de buurvrouw. Die kwam namelijk bellen en vragen of ik geen rommel meer had. Ze organiseren hier in de straat een rommelmarkt voor een meisje die een hersentumor heeft. De opbrengst gaat naar haar operatie. Rommel heb ik. Altijd. En dus ging ik alvast halen wat zo klaarstond (overschot van de laatste rommelmarkt) en vloog ik mijn kleerkast in. Het regende ook toen en tja, dan kan je sowieso beter iets binnen doen...
Maar dan gaat de zon schijnen en wil je buiten je kastje afschuren of de tuinmuur schilderen, of er een tekstje opzetten. Ik heb bijgevolg alles gedaan, maar niks is echt helemaal afgewerkt. Want de tuinmuur moet nog overal een tweede laag krijgen, mijn bureau lijkt wel ontploft en er ligt nog steeds een stapel kleren waarvan ik niet kan beslissen of ze blijven of weg moeten. Ik kan u al wel laten zien hoe de tuin er nu uitziet:
![]() |
Alles wit, maar tweede laag nodig: TO DO! |
Of mijn kastje, afgeschuurd in de tuin:
![]() |
Afgeschuurd... Vernis: TO DO! |
De muur buiten op het terras:
![]() |
De enige manier om te komen waar je wilt zijn, is te zijn waar je bent. |
Mijn bureau:
![]() |
Alles dat opgeruimd moet worden, ligt klaar... Opruimen: TO DO! |
En ik weet niet of deze laatste foto er voor u opgeruimd uit ziet. Mocht u oordelen dat het redelijk ordelijk is, kijk dan maar eens naar de hoop papieren op zowel m'n zetel als op m'n bureau... Hetzelfde scenario in de slaapkamer. Ik heb wel twee dozen rommel en een grote zak kleren aan de buurvrouw gedoneerd en die was daar heel blij mee.
Vanmorgen ben ik dan maar met een 'afwerklijstje' begonnen. Dingen die ik moet doen en dingen die ik mag doen als de 'moet-doen-dingen' gedaan zijn. Tot hiertoe hou ik me daar braaf aan, maar ik weet niet of het me zal lukken om met dit schitterend weer binnen op te ruimen... Geef toe dat is een goede reden niet waar? Het erge is echter dat ik steeds goede redenen vind en dat het me tot hiertoe niet zo lukt om tegen m'n eigen natuur in te gaan. Dat ga ik dus ook niet meer proberen. Rommel is prima en impulsiviteit zorgt wel eens voor creativiteit of aangename verrassingen. En waarom zou ik mezelf dan nu verplichten om binnen te gaan opruimen? Wie weet wat ik in de tuin of ergens anders buiten tegenkom... ;-)
Note to myself: De enige manier om te komen waar je wilt zijn, is te zijn waar je bent.
woensdag 17 augustus 2011
Een droomwereld... met wegenwerken...
Zondagavond werd ik thuis opgepikt om de nacht te gaan doorbrengen in een lotusbloem ergens in de Kalmthoutse Heide... Ik kon me er zelf even weinig bij voorstellen als de meesten van jullie nu waarschijnlijk. Maar ik kan jullie alvast zeggen dat het prachtig was!
Na een hapje (voor mij een ijsje, want na een middagje pizza eten was dat al wat ik nog op kreeg...) op de Draakplaats reden we richting Kalmthoutse Heide waar we enorm enthousiast ontvangen werden. Meisjes in schattige blauwe pakjes heetten ons welkom alsof ze ons al jaren kenden. Een dikke knuffel of een stuk of acht kussen en enkele oprechte vragen later werden we het terrein rondgeleid. Het terrein was een nogal zompige weide, met enkele appelbomen, een mega grote treurbeuk, een tent/caravan/... alias 'Big Fat Mama' en hier en daar vreemde bouwsels, voornamelijk op enkele meters van de grond. Er was een 'afreageerweide' waar een boksbal stond en bokshandschoenen lagen en een 'denk-en-rust-en-even-alleen-weide' waar enkel een stoeltje stond. Het toilet was in een aangelegde tuin met allerlei planten en bloemen.
Aan het begin van de tuin hing een schakelaar en als je daarop drukte ging er aan de ingang een rood licht branden en kon je dus ongestoord je behoefte doen. En terwijl je zat, kon je genieten van het uitzicht, zelfs in de regen, lezen wat er rond je neergeschreven stond of er zelf iets aan toevoegen...
In de 'Big Fat Mama-tent' was er een sauna (waarvan de stoof de eigenlijke Big Fat Mama is), enkele kleedhokjes en een bar. Alles prachtig mooi en inventief gemaakt. Ik zou er zo willen wonen...
Je kon er zelfs aan een tafeltje gaan zitten om iets te drinken moest het regenen. Dat deed het niet en dus verkozen wij de ligstoelen in de buitenlucht... Zalig! De hele avond gebeurde er vanalles, maar telkens heel subtiel. Wanneer er iemand de stoof in de sauna warmer kwam stoken moesten we een mantra opzeggen en wanneer er een trein voorbij kwam en de spoorwegbel klonk legden alle 'blauwe pakjes' hun oor te luisteren op de grond. Het duurde even voor we de link begrepen...
Er was ook een 'moment van onthechting' wanneer we uit onze bagage enkel het hoogstnoodzakelijke mochten pakken om dat in een mini zakje naar onze 'kamer' te brengen. Met een petzl op ons hoofd en ons mini zakje in de hand wandelden we vervolgens richting 'Lotus'. Ik was echt benieuwd, want wist nog steeds niet waarin we nu zouden gaan slapen. We stopten voor een grote witte bol zes meter in de lucht. Mijn eerste gedachte was: 'Oei... Daar geraken we nooit met vier in!'. Het was wel heel erg mooi... Maar even later ging de bol open en kwamen er vier rode bladeren tevoorschijn. En wij stonden alle vier als kleine kinderen met nze mond open te kijken. Pure verwondering voor zoveel moois!
De treurbeuk was ook prachtig. Dat was eigenlijk de badkamer. Er waren houten paadjes onder de boom (al voelde het meer 'in de boom') naar verschillende douches en een plaatsje met 'lavabo's'.
Er was een warme douche, een koude springdouche, waar je het warm kon krijgen door te springen en een 'Big-Fat-Mama-douche', die gewoon koud was. En overal hingen paraplu's die het geheel nog sprookjesachtiger maakten. Eronder kon je je kleren en handdoek hangen, zodat die droog bleven. Onder één van die paraplu's zat een klein vogeltje. Zo schattig! Waarschijnlijk ook helemaal in de ban van de prachtige boom...
Om elf uur was er een avondritueel aan de offerboom. Die boom hing vol met touwtjes en aan elk touwtje hingen voorwerpen die mensen 'geofferd' hadden. Je kon zelfs iets offeren, of iets meenemen dat je zag hangen of het ruilen. Het avondritueel bestond uit dezelfde mantra als in de sauna, maar deze keer mét bewegingen bij en het doel was duidelijk om moe te worden... Nadien tanden poetsen, lenzen uit en bed in.
We kregen nog een theeceremonie en liedjes uit een muziekdoosje als 'roomservice' om vervolgens in een zalige sprookjeswereld weg te zakken. Ik zou geslapen hebben als een roosje (of een lotus, wat je wil), ware het niet dat er op ongeveer 50m van ons wegenwerken waren... De hele nacht lang! Misschien om ons te laten weten dat we nog steeds in deze wereld vertoefden, want de rest kon je daar wel aan doen twijfelen. In dat geval opzet geslaagd!
De volgende morgend stapten we dus een beetje slaapdronken uit onze prachtige slaapplek. Een droom van een plek en een avond, ik zou zo teruggaan... als ze tenminste niet weer aan de weg gaan timmeren!
Na een hapje (voor mij een ijsje, want na een middagje pizza eten was dat al wat ik nog op kreeg...) op de Draakplaats reden we richting Kalmthoutse Heide waar we enorm enthousiast ontvangen werden. Meisjes in schattige blauwe pakjes heetten ons welkom alsof ze ons al jaren kenden. Een dikke knuffel of een stuk of acht kussen en enkele oprechte vragen later werden we het terrein rondgeleid. Het terrein was een nogal zompige weide, met enkele appelbomen, een mega grote treurbeuk, een tent/caravan/... alias 'Big Fat Mama' en hier en daar vreemde bouwsels, voornamelijk op enkele meters van de grond. Er was een 'afreageerweide' waar een boksbal stond en bokshandschoenen lagen en een 'denk-en-rust-en-even-alleen-weide' waar enkel een stoeltje stond. Het toilet was in een aangelegde tuin met allerlei planten en bloemen.
In de 'Big Fat Mama-tent' was er een sauna (waarvan de stoof de eigenlijke Big Fat Mama is), enkele kleedhokjes en een bar. Alles prachtig mooi en inventief gemaakt. Ik zou er zo willen wonen...
Je kon er zelfs aan een tafeltje gaan zitten om iets te drinken moest het regenen. Dat deed het niet en dus verkozen wij de ligstoelen in de buitenlucht... Zalig! De hele avond gebeurde er vanalles, maar telkens heel subtiel. Wanneer er iemand de stoof in de sauna warmer kwam stoken moesten we een mantra opzeggen en wanneer er een trein voorbij kwam en de spoorwegbel klonk legden alle 'blauwe pakjes' hun oor te luisteren op de grond. Het duurde even voor we de link begrepen...
Er was ook een 'moment van onthechting' wanneer we uit onze bagage enkel het hoogstnoodzakelijke mochten pakken om dat in een mini zakje naar onze 'kamer' te brengen. Met een petzl op ons hoofd en ons mini zakje in de hand wandelden we vervolgens richting 'Lotus'. Ik was echt benieuwd, want wist nog steeds niet waarin we nu zouden gaan slapen. We stopten voor een grote witte bol zes meter in de lucht. Mijn eerste gedachte was: 'Oei... Daar geraken we nooit met vier in!'. Het was wel heel erg mooi... Maar even later ging de bol open en kwamen er vier rode bladeren tevoorschijn. En wij stonden alle vier als kleine kinderen met nze mond open te kijken. Pure verwondering voor zoveel moois!
De treurbeuk was ook prachtig. Dat was eigenlijk de badkamer. Er waren houten paadjes onder de boom (al voelde het meer 'in de boom') naar verschillende douches en een plaatsje met 'lavabo's'.
Er was een warme douche, een koude springdouche, waar je het warm kon krijgen door te springen en een 'Big-Fat-Mama-douche', die gewoon koud was. En overal hingen paraplu's die het geheel nog sprookjesachtiger maakten. Eronder kon je je kleren en handdoek hangen, zodat die droog bleven. Onder één van die paraplu's zat een klein vogeltje. Zo schattig! Waarschijnlijk ook helemaal in de ban van de prachtige boom...
![]() |
Als je heel goed kijkt... |
We kregen nog een theeceremonie en liedjes uit een muziekdoosje als 'roomservice' om vervolgens in een zalige sprookjeswereld weg te zakken. Ik zou geslapen hebben als een roosje (of een lotus, wat je wil), ware het niet dat er op ongeveer 50m van ons wegenwerken waren... De hele nacht lang! Misschien om ons te laten weten dat we nog steeds in deze wereld vertoefden, want de rest kon je daar wel aan doen twijfelen. In dat geval opzet geslaagd!
De volgende morgend stapten we dus een beetje slaapdronken uit onze prachtige slaapplek. Een droom van een plek en een avond, ik zou zo teruggaan... als ze tenminste niet weer aan de weg gaan timmeren!
zondag 14 augustus 2011
Beton + blaren = blij
Wat kan het hartverwarmend en zelfs ontroerend zijn om mensen blij te maken... En hoe mooi is het om iemand helemaal blij te zien! Gisteren was mijn vader helemaal blij. Fijn als je mede verantwoordelijk bent voor die gemoedstoestand...
Zaterdag en dus weekend en uitslaaptijd. Of toch niet? Want om 7:00 ging mijn wekker af en ik moest even bedenken waarom... Al snel werd me dat echter duidelijk en na twee keer 'snoozen' vloog ik mijn bed uit op weg naar 'Bonhei'. Want daar wachtte mijn vader op zoveel mogelijk goede zielen die hem wilden assisteren om de beton in goede banen te leiden. Letterlijk. Zijn oproep bleek succesvol want het aantal helpers groeide met de minuut. We startten (zoals dat hoort op een werkdag) met een stevig ontbijt en zetten de sfeer meteen goed.
Papa is een grapjas. Ken je dat soort vaders dat steeds flauwe grappen vertelt wanneer je als puber met je vrienden thuis bent? Zo'n vader die dan ook het hardst met z'n eigen moppen lacht? En af en toe zak je dan een beetje door de grond. Gelukkig komt er een tijd dat je die mopjes best kan apprecieren en eigenlijk soms stiekem nog grappig vindt ook. En er komt ook een tijd dat je die hele 'traumatische-mopjes-tijd' kan wreken. Hem een koekje van eigen deeg geven... Mijn zus en ik hebben ons best gedaan!
Naast mopjes was het hard labeur. Het 'betonstuk' zelf viel goed mee. Ik kreeg de taak om te meten of hij niet te hoog of te laag lag, dus niet al te vermoeiend. Je moest snel en accuraat zijn... Sounds like a job for me! Het zand schuppen achteraf om de grond te effenen rond de betonplaat was echter minder een 'job for me'. Drie blaren getuigen dat momenteel...
In enkele uren was het karweitje gefixt! De koffiekoeken waren op, de champagneflessen leeg en de plaat beton mooi recht... En papa? Die was helemaal in zijn sas. Blij met zoveel mensen die hem kwamen helpen. Zo blij dat hij het heel vaak herhaalde en me meteen nadien belde om het nog eens te herhalen. Ik was nog niet eens thuis aangekomen... Hartverwarmend was het om hem zo blij te zien en ontroerend om te zien dat hij nadien helemaal de kluts kwijt was. Want zo gaat dat dan. In the flow, veel mensen, alles ondergaan, hard werken en blij zijn, heel blij... En dan plots weer alleen. Met een grote plaat beton. Maar weet je papa? Mensen blij maken, dat doet iedereen graag. Stuur dus gerust nog eens een oproep de wereld in. Want wat is er nu mooier dan iemand helemaal blij te zien en daar zelfs mee de oorzaak van te zijn?
Zaterdag en dus weekend en uitslaaptijd. Of toch niet? Want om 7:00 ging mijn wekker af en ik moest even bedenken waarom... Al snel werd me dat echter duidelijk en na twee keer 'snoozen' vloog ik mijn bed uit op weg naar 'Bonhei'. Want daar wachtte mijn vader op zoveel mogelijk goede zielen die hem wilden assisteren om de beton in goede banen te leiden. Letterlijk. Zijn oproep bleek succesvol want het aantal helpers groeide met de minuut. We startten (zoals dat hoort op een werkdag) met een stevig ontbijt en zetten de sfeer meteen goed.
Papa is een grapjas. Ken je dat soort vaders dat steeds flauwe grappen vertelt wanneer je als puber met je vrienden thuis bent? Zo'n vader die dan ook het hardst met z'n eigen moppen lacht? En af en toe zak je dan een beetje door de grond. Gelukkig komt er een tijd dat je die mopjes best kan apprecieren en eigenlijk soms stiekem nog grappig vindt ook. En er komt ook een tijd dat je die hele 'traumatische-mopjes-tijd' kan wreken. Hem een koekje van eigen deeg geven... Mijn zus en ik hebben ons best gedaan!
Geconcentreerde werkers... |
'De' betonplaat... |
Abonneren op:
Posts (Atom)