zaterdag 25 februari 2012

Ik zie je zo graag oma...

Lieve oma,

Ik kan het nog niet zo goed bevatten, maar sinds vannacht ben je er niet meer... Na enkele maanden vechten heeft je lichaam het laten afweten. We wisten dat zoiets kon gebeuren. We wisten dat de kans groot was dat je het ziekenhuis nooit meer zou verlaten. Maar hoe bereid je je in godsnaam voor op zoiets? Kan dat zelfs wel? Ik kon het niet...

Gisteren belde de dokteres je kinderen op. Het was voor haar duidelijk dat het niet lang meer zou duren. Ook wij werden op de hoogte gebracht en hoewel ik de dag voordien heel de middag bij jou geweest was, voelde het plots anders. Dringender.
Toen ik met Lien naar het ziekenhuis reed, liepen de tranen al over mijn wangen. Lien is zwanger van een tweeling en wist sinds de avond voordien of het jongetjes of meisjes zouden worden. En ze vertelde mij dat ze dat zo graag nog tegen jou gezegd had. 'Dat moet je haar nog vertellen, Lien.', zei ik haar door mijn tranen heen.
En plots stonden we met z'n allen aan je bed. Je man, je kinderen, kleinkinderen en achterkleinkinderen. Ik ging naast je bed zitten en pakte je hand vast. Je voelde al zo ver weg toen, al geloof ik oprecht dat je wist dat we er allemaal waren. Dat je voelde hoe graag we je zagen... Het duurde niet lang voor de tranen kwamen. Ik kon er niks tegen beginnen. Toen ik even later om me heen keek, zag ik dat ik iets in gang gezet had. Overal werden zakdoekjes uitgedeeld en we konden er zelfs even om lachen. Gek hoe dat dan gaat op zo'n moment. Het ene moment sta je te snikken en het volgende moment moet je om iets lachen. En dat klopte, dat mocht.

Het was mooi oma. Wij allemaal samen. Lachen en wenen. Eén grote familie, danzij jou. Lien vertelde je wat het zou worden en ik denk dat je het gehoord hebt. En ook Jelle zat met tranen naast jou. Hij troostte opa en dat was zo mooi om te zien, oma. Echt... Opa's avondeten bestond uit ne Leffe en ne suikerwafel. Pieter heeft nog theorbe voor je gespeeld en pater Marcel heeft je de ziekenzalving toegediend. Tante Hilde vertelde je dat je mocht loslaten. Dat je niet alleen was. Dat het ok was...

Ik ben heel blij dat ik je nog gezien heb gisteren, dat bijna iedereen er was. Ik heb er veel aan gehad en het blijft een herinnering die ik nooit zal vergeten... Ik vind het alleen zo erg dat je pijn had. We hadden allemaal zo graag je pijn weggenomen. Misschien hebben we die wel een beetje kunnen minderen door er met z'n allen te zijn. Ik hoop het met heel mijn hart. Ik ben blij dat je niet meer hoeft af te zien en ik weet zeker dat het beter is zo. Maar oma, ik kan niet eens zeggen hoe erg ik je mis... Er blijven flarden van herinneringen door mijn hoofd schieten die me afwisselend doen glimlachen en wenen. Kon ik je nog maar één keer spreken, één keer zien lachen, één keer je hand vasthouden... Als je maar weet, dat ik me geen betere oma kan voorstellen dan jij en dat ik je vreselijk zal missen. Ik zie je zo graag oma...