donderdag 29 november 2012

A certain darkness is needed to see the stars...

Het wordt kouder en kouder en handschoenen op de fiets zijn steeds meer een must. Alle overuren en verlof moet ingepland worden en stilaan wordt het duidelijk dat er daar wat onverenigbaarheden zitten. Het jaar is te kort. De agenda te vol en de to-do-lijstjes te lang. December staat voor de deur en met december de eindejaarsperiode. Kerstmis, nieuwjaar, lichtjes, kaartjes, pakjes, drukke winkels, van de ene tafel naar de volgende, familiefeesten, een vakantie die voorbij is voor ze begon...

Ik weet niet of u het al kon afleiden, maar ik ben geen fan. Nooit geweest. Hoewel, dat is waarschijnlijk niet waar. Als kind vond ik kerstmis en nieuwjaar zonder twijfel geweldig, want je kreeg kadootjes én er werden veel gezelschapsspelletjes gespeeld. What more do you need?
Ondertussen is dat allemaal wat veranderd. Sinds een jaar of tien, misschien zelfs vijftien ben ik geen fan meer van de kerstperiode. Integendeel. Het lijkt voor mij wel alsof met kerstmis en nieuwjaar enkel rotperiodes verbonden zijn en daarbij ligt de allerlaatste kerst nog heel erg vers in mijn geheugen. Nog steeds kan ik dat tekstje niet lezen zonder tranen. Dan moet ik denken aan de nieuwjaarsbrieven die we elk jaar zo tegen onze zin schreven, maar die eigenlijk ook steeds voor heel wat hilariteit en gedoe zorgden. Wat zou ik nu graag een nieuwjaarsbrief schrijven... Was je nog maar hier oma. Kon je maar zien hoe we je allemaal missen!
In mijn hoofd ben je druk bezig met Fil en Senna. Die hebben het deze dagen wat moeilijk en liggen weer enkele weken in het ziekenhuis. Ik heb ze nog niet eens kunnen bezoeken daar omdat ik zo druk bezig ben dat ik maar niet van mijn keelontsteking/verkoudheid af geraak. En hen ziek bezoeken dat kan natuurlijk niet. Maar ik geloof dat je op hen past. Ik geloof ook dat je weet dat we je missen en ik ben er zeker van dat je het iedereen daar vreselijk lastig maakt omdat je vindt dat je hier zou moeten zijn. Bij ons. En omdat je het nooit zou toestaan dat er iets met Fil en Senna zou gebeuren. Dan kennen ze jou nog niet daar boven...

En nu het zo druk is, hoor ik jou vaak in mijn hoofd... 'Wanneer kom je nog eens langs, Sofie? We hebben je al zo lang niet meer gezien!' Zelfs al had je me de week voordien gezien, dan nog zei je dat. 'En de tuin is zo mooi nu.' Of : 'Ik heb hier nog een krantenknipsel voor je liggen en ik heb confituur gemaakt: mirabellen!' Of: 'Hoe ver sta je met het naaien?'. Je moest eens weten, oma, dat ik ondertussen al een zak, een schort en ovenwanten (of hoe noem je zo'n ding om een overschotel te pakken?) maakte. En ze zijn eigenlijk zelfs leuk.


Je zou er ongetwijfeld heel wat op aan te merken hebben, daar ben ik zeker van! Maar stiekem zou je ook ongelofelijk trots geweest zijn. Op school hebben we ook Bernina's en elke keer denk ik dan aan jou. Aan hoe je me uitlegde hoe jouw machine werkte (daar heb ik op leren naaien) of hoe je me op mijn vingers tikte omdat ik de stof niet eerst gestreken had, scheef geknipt had of omdat ik een knoop er slordig op genaaid had.

Ach, kerstmis... het zal nooit mijn favoriete periode worden gok ik. En ergens oma, is het vanaf nu ook onlosmakelijk met jou verbonden. Met heel droevige, maar eigenlijk ook heel mooie herinneringen. En hoe kan ik dat mooier illustreren en afsluiten dan met deze woorden:


Geen opmerkingen:

Een reactie posten